Veilig terug naar school
Het nieuwe schooljaar staat voor de deur! Met de auto, de fiets, het openbaar vervoer of te voet ... Welke manier u ook om uw kind naar school te laten gaan, een ongeluk is altijd mogelijk. Bijvoorbeeld omdat uw kind wat afgeleid is in al zijn enthousiasme om zijn vriendjes terug te zien. Of uw kind nu alleen naar school gaat of onder begeleiding, met deze tips vermijdt u ongevallen.
Enkele tips en basisregels
Vertrek goed op tijd
Vertrek goed op tijd om stress en gevaarlijk gedrag te voorkomen.
Elektronische gadgets
Laat uw kind niet op straat spelen of rennen. Ook elektronische gadgets (smartphones, videogames, enzovoort) leiden snel af.
Betekenis
Leer uw kind de betekenis van verschillende signalisatieborden, wegmarkeringen, maar ook van bevelen van agenten en opzichters.
Oversteken
Toon uw kind hoe het moet oversteken (op het zebrapad, altijd stoppen voor een rood licht, meermaals naar links en rechts kijken, niet oversteken tussen twee geparkeerde auto's, enzovoort). Leer het ook om oogcontact te maken met de bestuurder als er een voertuig nadert op het moment dat hij of zij oversteekt.
Reflecterende accessoires
Zorg ervoor dat uw kind goed zichtbaar is: kies felle kleuren en reflecterende accessoires zodat het van ver goed te zien is, vooral als het donker is.
Met de auto
Geef het goede voorbeeld: draag uw gordel en zorg ervoor dat uw kind dat ook doet. Is uw kind kleiner dan 1,35 meter? Gebruik een zitverhoger.
Denk goed na waar u stopt. Stop niet op de stoep, in de berm (zonder een tussenruimte van 1,5 m voor voetgangers) of op een voetgangersoversteekplaats (of binnen 5 m daarvan).
Laat uw kind uitstappen aan de kant van het voetpad (en liefst aan de kant van de ingang van de school).
Wees extra aandachtig en verminder uw snelheid wanneer u een school nadert.
Te voet
Oefen de route op voorhand met uw kind zodat het er vertrouwd mee is. Doe dat op het tijdstip dat u samen het traject van en naar school aflegt en geef nuttige tips.
Gebruik voetpaden en/of bermen die vlot begaanbaar zijn.
Leer uw kind om altijd zo ver mogelijk van de stoeprand weg te lopen. Vestig zijn of haar aandacht ook op in- en uitritten van garages.
Zorg ervoor dat uw kind oversteekt op het zebrapad. Als er geen zebrapad is, kies dan voor een goed zichtbare plaats waar het auto’s uit beide richtingen van ver ziet aankomen.
Met de fiets
Controleer eerst en vooral of de fiets van uw kind in goede staat is: controleer de bel, de verlichting, de remmen, de banden, enzovoort.
Zorg ervoor dat uw kind een helm draagt en zichtbaar is in het verkeer.
Oefen de route op voorhand met uw kind zodat het er vertrouwd mee is. Doe dat op het tijdstip dat u samen het traject van en naar school aflegt en geef nuttige tips.
Zorg ervoor dat zijn tas niet aan het stuur hangt of dat die de stabiliteit van de fiets niet in gevaar brengt.
Leer uw kind om veranderingen van richting duidelijk en op tijd aan te kondigen.
Laat uw kind zijn of haar plaats innemen op de rijbaan en ongeveer 1,5 m afstand houden van geparkeerde auto's om te anticiperen op opengaande deuren.
Met het openbaar vervoer
Leer uw kind te wachten op het voetpad, in het wachthokje, achter de lijn op het perron, enzovoort.
Leer uw kind de dienstregeling opzoeken, duidelijke referentiepunten herkennen (zodat het weet wanneer uit te stappen) en dat in- of uitstappen niet meer mag wanneer het sluitsignaal van de deuren klinkt.
Leer uw kind ook te wachten tot het voertuig vertrokken is en dan pas over te steken. En waarschuw vooral dat een overweg oversteken nooit mag als de slagbomen naar beneden zijn en het rode licht knippert!